Touring onderzoek: 66% brengt kinderen met de auto naar school

“14% doet dat te voet en 13% met de fiets”

Brussel, 22 augustus 2017. 7 op de 10 ouders met schoolgaande jongeren begeleiden hen naar de school. Voor 66% wordt de auto aangeduid als voornaamste* (bijna dagelijks) vervoermiddel. Eigenaardig als men weet dat de helft van die verplaatsingen minder dan 3km bedraagt. Zowat 14% begeleidt dagelijks de kinderen te voet naar de school en 13% doet dat met de fiets. Met slechts 6,6% scoort het gebruik van het openbaar vervoer laag.

Dat alles blijkt uit een grootschalig onderzoek** van mobiliteitsorganisatie Touring. “Het aantal fietsende scholieren moet echt omhoog, want de afstanden woon-school zijn meestal nog een stuk korter dan deze van woon-werk. Wetende dat een vierde van het spitsverkeer schoolverkeer betreft kan dit van grote invloed zijn op de reductie van de files”.

Afstand tot de school

Vervoersmiddel thuis naar school

middel

%

auto 66
te voet 14
(elektrische) fiets 13
bus 4
trein 1
tram/metro 1

Het Touring onderzoek bij 6.361 Belgen toont ook aan dat onder de 3 km afstand de auto het belangrijkste vervoermiddel blijft, hoewel te voet en per fiets hier ook relatief hoog scoren. Maar wanneer dit boven deze 3 km gaat dan worden zelfs 4 op de 5 kinderen met de auto gebracht.

De snelheid blijft voor 1 op de 2 ouders die de kinderen met de auto brengt, het sterkste argument. Ook wanneer de afstand minder dan 3km bedraagt. Een kwart zegt ook dat de route woon-school te onveilig is en voor 20% van de ouders voor wie de school op de weg naar of van het werk ligt is het gebruik van de wagen doorslaggevend. Bij grotere afstanden geeft men aan dat er te weinig alternatieven zijn voor of dat de auto gewoon voor minder stress zorgt.

Wat doet je kiezen voor de auto?

Touring schrikt van het hoge aantal kinderen dat nog altijd met de auto wordt vervoerd. De organisatie wil de fietsverplaatsingen stimuleren, zeker als men weet dat 50% op minder dan 3km van de school woont. “Er zit dus nog heel wat potentieel in het fietsgebruik, op voorwaarde dat de infrastructuur veilig wordt. Hoe jonger men eraan begint hoe sneller men de gevaren en verkeerssituaties kan leren inschatten. Vanaf 8 jaar kan een kind dat al zeer snel.

Touring vraagt dat begeleiders in het begin zoveel mogelijk mee stappen of te fietsen. “De aldus opgebouwde ervaring bij kinderen leidt tot veiliger verkeersdeelname. Ook de scholen zelf kunnen op dat vlak inspanningen doen door bijvoorbeeld begeleid fietsen in groep uit te werken of een veilige route uit te stippelen”.

* respondenten konden meerdere antwoorden geven op 1 vraag

** onderzoek uitgevoerd door researchbureau Indiville iov Touring