Tutorial: Ruitenwissers controleren en vervangen

1) Trek de ruitenwisser naar je toe

Neem de wisser van de ruit om het rubber te reinigen. Al wat je hiervoor nodig hebt, is:

• water
• zeep
• een spons of een doek

2) Check de staat van de wissers

Ga na of de ruitenwisserbladen niet loszitten of beschadigd zijn, vooral aan de uiteinden. Controleer ook of er geen vuil aan het wisoppervlak hangt: dit kan bij het wissen immers zorgen voor permanente strepen op je voorruit.

3) Vervang de ruitenwisserbladen

Vervang indien nodig de beschadigde ruitenwisserbladen. Raadpleeg de handleiding van je auto en vraag advies in een speciaalzaak. De handelswijze verschilt een beetje van model tot model, maar het is echt niet moeilijk om ze te vervangen.

4) Controleer het niveau van de ruitenwisservloeistof

Om bij het vulreservoir voor de ruitenwisservloeistof te kunnen, open je de motorkap (met een hendeltje onder de stuurkolom of naast het portier van de bestuurder). Ontgrendel het veiligheidsmechanisme net onder de motorkap.

5) Lokaliseer het vulreservoir voor de ruitenwisservloeistof

Je kan het vulreservoir gemakkelijk herkennen aan het icoontje met de ruit en de sproeier. Lees de gebruiksaanwijzing op de bus ruitenwisservloeistof: meng indien nodig met een beetje water.

6) Ruitenwisservloeistof bijvullen

Om te voorkomen dat je morst, gebruik je best een trechtertje. Vul bij tot aan het streepje “Max” op het vulreservoir. Draai de dop weer dicht en sluit de motorkap.