Image
leasing-vélo

Fietsen zit in de lift, ook voor woon-werkverkeer. Het is gezond én laat je toe de files te vermijden. Helemaal leuk wordt het als je werkgever een handje toesteekt. Welke mogelijkheden bestaan er?

Steeds meer Belgen zijn de dagelijkse files beu en kiezen voor de fiets om zich van en naar het werk te verplaatsen.

Om fietsen te stimuleren heeft de overheid een aantal interessante systemen bedacht, zoals de fietsvergoeding en een fiscaal gunstige regeling voor bedrijfsfietsen. Maar het hangt van je werkgever af wat er allemaal mogelijk is. We zetten drie scenario's op een rijtje.

Scenario 1: bedrijfsfiets en fietsvergoeding voor Elke

Elke werkt voor een onderneming die het fietsgebruik wil aanmoedigen en daarom bedrijfsfietsen ter beschikking stelt. Het bedrijf investeert ook in (overdekte) fietsstallingen, kleedkamers en douches. Alle investeringen en kosten die de onderneming hiervoor maakt, kan het inbrengen als bedrijfskosten.

De onderneming kan de fietsen aankopen, maar boekhoudkundig is het vaak interessanter om fietsen te leasen. Net als bij bedrijfswagens is er de keuze tussen financiële leasing of huurkoop, waarbij alleen het aankoopbedrag gefinancierd wordt, en operationele leasing, waar ook onderhoud, herstellingen en vaak ook een bijstandsverzekering inbegrepen zijn. Voor Elke maakt dat allemaal geen verschil. Als zij haar bedrijfsfiets gebruikt voor woon-werkverkeer, wordt de fiets niet beschouwd als loon. Er hoeven dus geen RSZ-bijdragen of belastingen op betaald te worden.

Elke kan in haar onderneming bovendien een fietsvergoeding krijgen. Dat is een kilometervergoeding die de werkgever geeft aan alle personeelsleden die hun woon-werkverplaatsingen geheel of gedeeltelijk met de fiets doen. De fietsvergoeding is een gunst; het is de werkgever die beslist om ze al dan niet toe te kennen aan zijn personeel.

De kilometervergoeding is vrijgesteld van belasting tot een bedrag van 0,24 euro per afgelegde km voor het aanslagjaar 2020 (inkomsten 2019). Met andere woorden: zolang Elke niet meer dan 0,24 euro per km krijgt, moet zij op dat bedrag geen belasting betalen.

Elke woont op 10 kilometer van het werk. In de maanden waarin ze elke dag haar bedrijfsfiets gebruikt, krijgt ze een fietsvergoeding van 96 euro (20 km x 20 werkdagen x 0,24 euro). Om haar hetzelfde bedrag als nettoloon uit te keren, zou haar werkgever veel meer betalen.

Scenario 2: fietsvergoeding voor Jan

Het bedrijf waar Jan werkt, vindt investeren in bedrijfsfietsen een brug te ver, maar betaalt wel een fietsvergoeding aan wie met de fiets naar het werk komt. Jan overweegt om een snelle speed pedelec te kopen om de 20 km naar zijn werkplaats te overbruggen. Bij zijn lokale fietshandel vindt Jan zijn droomfiets, maar die draagt wel een prijskaartje van 5.000 euro – een bedrag dat hij liever niet in één keer neertelt.

Voor particulieren is fietsleasing te duur. Maar dankzij de lage rente is het wel interessant om geld te lenen voor de aanschaf van een fiets. Uit een simulatie op de website van zijn bank komt Jan te weten dat een mobiliteitslening van 5.000 euro, terug te betalen op 36 maanden, hem per maand 142,74 euro kost (jaarlijks kostenpercentage: 1,80%). Elke maand dat Jan met de fiets naar het werk komt, heeft hij recht op een fietsvergoeding van 192 euro (40 km x 20 werkdagen x 0,24 euro). Met andere woorden: de fietsvergoeding volstaat in zijn geval ruimschoots om de lening af te betalen.

Omdat hij elke dag op zijn fiets wil kunnen rekenen, kiest Jan ook voor een bijstandsverzekering. Daarvoor kan hij terecht bij Touring Bike, voor fietsbijstand in geval van pech, lekke band, ongeval en vandalisme. Jan heeft jaarlijks recht op drie interventies voor de individuele formule (45 euro per jaar) of 8 interventies voor de familieformule (99 euro per jaar). De afbetaling van zijn fietslening, de verzekeringen en Touring Bike kosten Jan per maand 177,74 euro.

Scenario 3: Walter doet het zelf

De onderneming waar Walter voor werkt, is niet mee met het fietsverhaal. Walter kan geen aanspraak maken op een fietsvergoeding. Net zoals Jan kiest Walter voor een persoonlijke lening voor de aanschaf van een elektrische fiets, aangevuld met een diefstal- en bijstandsverzekering. Hij vraagt zich af of hij de gemaakte kosten kan inbrengen als beroepskosten.

Dat kan zeker, maar vaak is het interessanter om het wettelijk forfait voor beroepskosten te gebruiken. Voor werknemers bedraagt dat forfait 30 procent van het loon, tot een maximum kostenforfait van 4.720 euro. Pas als de werkelijke beroepskosten die Walter maakt hoger liggen dan dat forfait, is het dus interessant om de werkelijke kosten in te brengen. Walter zal in dat laatste geval alle werkelijke kosten moeten kunnen bewijzen, met facturen en aankoopnota's.

Conclusie

Of en hoe je werkgever fietsen financieel ondersteunt, maakt op het einde van de maand een groot verschil. Het interessantst is natuurlijk een bedrijfsfiets in combinatie met een fietsvergoeding. Als je zelf de aankoop en de verzekering van een dure fiets moet financieren, is een fietsvergoeding een welkom duwtje in de rug. Steunt jouw werkgever fietsen niet? Weet dan dat de kostprijs nog relatief meevalt in vergelijking met wat een auto kost. Elke kilometer die je fietst, scheelt in brandstof en slijtage aan je wagen.

Bron: https://financien.belgium.be/nl/particulieren/vervoer/aftrek_vervoersonkosten/woon-werkverkeer/fiets

Combineer fietsbijstand en -verzekering!

En ook nog dit: er duiken tegenwoordig ‘omnium’ beschermingsformules op die specifiek op tweewielers gericht zijn. Net als bij de auto is het principe eenvoudig: je voertuig verzekeren tegen elke vorm van vernieling (botsing, valpartij, enzovoort) en zelfs tegen diefstal. Ook de accessoires zijn gedekt, zoals de helm, de gps en zelfs de aanhangwagen. 

Maak je fiets lenteklaar

Maak je fiets klaar voor het lentezonnetje. Controleer de bandendruk voor minder kans op lekke banden. Reinig en smeer de ketting grondig voor soepel fietsen. Geef remmen extra aandacht—veilig op pad!